Verslag van avondexcursie 3: Sophiapolder – Nummer Een – Hooge Platen

Machteld Kaesemans

 

 

Woensdag 2 juli 2014

Een heerlijk zomerse dag was het al geweest en ’s avonds stond de uitstap met Mergus op de planning.

 

 

 

Tweeëntwintig vogelliefhebbers trokken in colonne naar de Sophiapolder aan de Isabelladijk in Oostburg. Zo dichtbij en toch al in het buitenland!

 

 

 

 

Daar aangekomen haalde iedereen telescoop of verrekijker boven: naast brandganzen en kokmeeuwen had er al snel iemand een geoorde fuut in zijn vizier. Het was wat zoeken om deze snelle duiker te kunnen spotten maar met de nodige richtlijnen en vriendelijke hulp van iedereen kwam dat goed. Direct belandde hij op mijn lijstje van “mooie, schattige vogels” met zijn zwart lijfje en rosse oorpluimen. Her en der liepen kluten te waden, velen zelfs nog met lieflijke pulli. Volgens Machteld is het een waar klutenjaar, dit jaar! Voor vele vogelsoorten was het immers een goed broedseizoen; 2 kemphaantjes konden we ook nog zien. Verder zaten er ook wat visdiefjes en  zwartkopmeeuwen op nest. Deze laatste is met zijn fel oranje poten en snavel, een goed herkenbare soort voor me.

 

 

 

 

Scholeksters en kieviten, een kleine plevier, wat kuifeenden – ook met jongen –  en jonge kokmeeuwen zorgden voor een mooi schouwspel. Na een tijdje werd  een zeldzame steltkluut waargenomen met vier poten – hoe kan dat nu hoor ik jullie al denken – wel er zat een pulli verscholen onder moeders vleugels – vandaar. Uiteindelijk bleek het wijfje zelfs 2 pulli te hebben voortgebracht. Wellicht een van de weinige geslaagde broedgevallen in Nederland. Onze voorzitter hoorde al van verre 2 groenpootruiters, die dan ook daadwerkelijk overvlogen. Hoe doet hij het toch? Blijkbaar moet je 3x djudjudju horen, als de 3de dju anders is  ju ipv dju , dan gaat het om een tureluur. Nog wat oefenen dus!

 

 

 

We reden een 500m verderop en ik kreeg een hele mooie “zandwand”, aangelegd voor de oeverzwaluwen te zien! Waw, dit had ik nog nooit gezien! Al die gaatjes erin tonen aan dat deze wand wel degelijk gebruikt wordt door zijn gasten. Boven het graanveld maakten meer dan 50 van deze oeverzwaluwen sierlijke buitelingen, prachtig in het vallende avondlicht. Maar wat ik nog prachtiger vond, was het koppeltje grutto’s in de weide net voor ons (op nog geen 20m!). Een mannetje grutto met zijn mooie rosse kleuren en elegante snavel, ik werd er op slag een beetje verliefd op. Wilde eend, slobeend en krakeend konden ook gespot worden.

 

 

 

 

Hoewel ik me graag naast de mannetjes grutto in de weide gezet had, gingen we terug verder. Op naar de Westerschelde werd gezegd, naar nummer 1. We reden langs wat typische Hollandse wegen (met bruine kiek, patrijs, wulp, zwartkopmeeuw) en kwamen aan in gemeente Nummer Eén. Ja, een gemeente die Nummer Eén heet! Blijkbaar was ik niet de enige die hier nog nooit van gehoord had maar wel bijna de enigste. Ik steunde Marc die met grapjes overladen werd. Vogelliefhebbers vinden hier hun vaste waarden. Een lepelaar die overvloog, bezorgde ons al onmiddellijk een geslaagde eerste aanblik. Grote stern was te zien voor de echte kenners. Maar we waren een beetje te vroeg gestopt en wandelden nog een paar dijken verder. Onderweg zat een groepje zwartkopmeeuwen in de weide (een 25-tal) die voor de laatsten van de groep al opvloog. De eersten hadden geluk ze al zittend te zien.

 

 

 

 

 

In Voorland Nummer Een, buitendijks hadden we daarna een mooi zicht op de visdievenkolonie. Op Hooge Platen zagen we honderden en honderden broedkoppels visdief, grote stern, kok – en zwartkopmeeuw. Een prachtig schouwspel! Er zat ook een groepje aalscholvers op een rijtje (vermomd als paaltjes op het eerste zicht), in de verte lagen 32 zeehondjes te rusten.

 

 

 

 

Met een prachtige ondergaande zon sloten we deze unieke avond af.

 

Jullie verslaggeefster Charlotte Pieters

 

Foto’s: Marc Nollet, Frank De Scheemaeker, Johan en Karin Steuperaert-Mels