LEUK OM TE WETEN: GESCHIEDENIS VAN DE OOIEVAARS IN HET ZWIN

Frank De Scheemaeker

Bron: publicatie op Belgian Birds door Philippe Smets, bijdrage van de hand van Kris Struyf

 

Graaf Léon Lippens nam in 1957 het initiatief voor de oprichting van een vrijvliegende ooievaarskolonie in het vogelpark van het Zwin, naar het voorbeeld van projecten in de Elzas (Frankrijk) en in Altreu (Zwitserland).De oprichting kaderde in de strijd tegen de verdere achteruitgang van het ooievaarsbestand in West-Europa.

 

De oorspronkelijke ‘startgroep’ bestond uit 6 vogels: • In 1961 werd een geleewiekte vogel uit Henegouwen geschonken. Deze was in 1959  tegen een hoogspanningslijn gevlogen zodat zijn vleugel geamputeerd moest worden.  • In 1962 schafte het Zwin 4 ooievaars aan, afkomstig uit Joegoslavië. • Tenslotte kreeg het reservaat een vogel die nabij het natuurreservaat De Blankaart in Diksmuide was gevonden en als gevolg van zijn verwondingen niet meer kon vliegen.In 1964 ondernam een koppel een eerste nestpoging. Het vrouwtje stierf echter onverwachts. Het mannetje trok mee met een doortrekkend paartje ooievaars, maar vloog enkele weken later tegen een hoogspanningslijn in Nordrhein, Duitsland. In 1965 vormde zich een ander paartje. Omdat het vrouwtje geleewiekt was – het was de vogel uit Henegouwen – bouwde het stel een nest op de grond. Omdat 3 van de 4 jongen het barslechte voorjaarsweer niet overleefden, werd beslist het overblijvende jong met de hand groot te brengen.  

 

Met de hulp van W.W.F. werd het groepje ooievaars in 1965 aangevuld met 4 vogels uit Marokko en 4 uit Portugal. In het najaar van 1965 streken twee wilde tweedejaarsvogels neer in het Zwin. Ze bleven er gans de winter.In het voorjaar 1966 trokken 3 vogels weg uit het Zwin. Anderzijds zorgden twee paartjes voor 1, respect. 3 jongen. In juli werd er in de buurt een ongeringde ooievaar opgevangen. Zo was de groep in het Zwin uitgegroeid tot 19 vogels, waarvan 5 in het vogelpark geboren.Begin september trokken 11 ooievaars zuidwaarts. Bij een halte op elektriciteitspalen in Deinze werden 4 vogels afgeschoten. De algemene verontwaardiging omtrent dit verschrikkelijke feit, kwam tot uiting in de ruime aandacht die media en pers aan deze gebeurtenis wijdden.

 

De daarop volgende jaren kende de voortplanting bij de ooievaars in het Zwin een wisselend succes. Jaren met een beperkt kweeksucces waren meestal gekenmerkt door overwegend vochtig, kil voorjaarsweer. Maar op lange termijn is het aantal nesten in het Zwin gestadig toegenomen : in 2001 telde men in het vogelpark 26 nesten. De laatste jaren kwamen ook steeds  meer ooievaars vanuit andere projecten in het Zwin aan. Zowel ooievaars uit Nederland, Duitsland, Frankrijk en ook uit de projectgroep van het Dierenpark Planckendael werden hier waargenomen. Sommige vestigden zich in het vogelpark en vormen een paar met Zwin-vogels.

__._,_.___