Slaapplaatsen van wulpen aan Oost- en Middenkust 23 januari 2016 / Guido Rappé

Machteld Kaesemans

2016-01-30 Wulp Marnix Vyncke

 

 

Ze waren ook dit jaar weer op het appel, de wulpen, om ons naar buiten te lokken en in de schemering en invallende duisternis een gecoördineerde telling te houden van de aantallen in hun slaapvertrekken. Ze waren dus ook dit jaar weer op het appel, de wulpenopwulpenslaapplaatsentellers. Op Vlaams niveau wordt deze telling door lokale vogelaars uitgevoerd op vraag van het Instituut voor Natuur en Bos (INBO). In onze hoek van het land gebeurt dat al de hele 21e eeuw door Mergus en medewerkers van de vogelwerkgroep Middenkust. Voor de tellers, u dus, en de afwezigen, u (minus ‘u dus’) presenteren wij graag een eigen overzicht.

De winter 2015-2016 is er tot nog toe een van warmterecords: warmste decembermaand ooit (9.6°, vorige record 7.5° in 1934), met dagrecords op 17 december (16°C, vorige 13,1° in 1987), 26 december (14.3°, vorige 13,0° in 1974) en 25 januari (14,4° in Ukkel, in Kleine Brogel zelfs 16°). De zaterdag van de telling, twee dagen eerder, was het vochtig, ’s morgens mistig en ’s namiddags nog altijd nevelig weer, met een fris windje uit het ZW, en dagmaxima in mijn omgeving van 8°. De week ervoor echter hadden we te maken met een eerste winterprik, met een gevoelige val in de temperatuur vanaf donderdag 14 januari, lokaal hevige sneeuwval vanaf vrijdag 15 januari en negatieve minima vanaf 16 januari tot en met 22 januari.

Onder een dergelijke klimatologische voorgeschiedenis zijn de verwachtingen i.v.m. een overwinterende trekvogel onduidelijk: zullen de aantallen laag zijn door een extreem zachte winter of  juist verhoogd door de koude voorafgaande week?

De bezochte terreinen lagen er net als vorige jaren redelijk drassig bij. Vooral een week eerder, 14-15 januari, viel er behoorlijk veel neerslag.

De meeste tellers waren van 16u tot 18u in hun gebied aanwezig.

 

Voorhaven Zeebrugge

Vaste medewerker Marc De Ceuninck had 72 wulpen in de voorhaven. Dat zijn er 72 meer dan vorig jaar, merkt hij nog scherp op.

 

Achterhaven Zeebrugge

Jan Swinberghe, Johan Steuperaert, Johan Van Heulebrouck en Guido Rappé hebben de achterhaven geteld. Bij aankomst in het gebied zat op twee plaatsen een concentratie wulpen.In de zuidelijke helft van de weiden Hoge Noen zat een groep die een paar keer op de vleugels ging en in de lucht op 120 geschatteld (voltooid deelwoord van het werkwoord ‘schattellen’) werd. Deze groep viel tenslotte in de vlucht uiteen, waarvan 39 vogels koers noord zetten. Een andere groep, aan de noordkant van hetzelfde gebied werd op 175 geschatteld. Het was echter niet meer duidelijk of dat met of zonder die 39 van hierboven was. Slechts van een groepje van 3, om 17u10 ingevallen bij 7 wulpen aan de grond, hadden wij de indruk dat het om slaaptrek zou hebben gegaan. 99% was dus al in de late namiddag in het gebied aanwezig. In het totaal was de achterhaven goed voor minimaal 255, maximaal 305 wulpen. Rekening houdend met een niet perfecte gebiedsdekking, houden wij het hier op een afgeronde 300 stuks.

 

Zwin

Patrick Janssens telde van 15u30 tot17u30 in het Zwin. Alle wulpen kwamen vanuit de Kleyne Vlakte en kwamen naar het broedvogeleiland en het ondiep water in de buurt. Op het einde kwamen ze, onder luid gejubel en gejodel, allen samen in het ondiep water naast het eiland, 147 ex. in totaal.

Door overmacht was er dit jaar geen tellers op post aan de ‘Witte Koksmuts’. Het aantal voor het Zwin mag aanzien worden als een minimum.

 

Uitkerkse Polder

Geert Declercq en medeteller Rik Coolman waren de tellers van dienst in de Uitkerkse Polder, het gebied dat traditioneel de hoogste aantallen wulpen herbergt op de wintertelling.

De meeste wulpen waren al vroeg aanwezig in het foerageergebied dicht bij de kust (kuststrook omgeving camping). De telling gaf een groep van 950 wulpen, die laat vervlogen naar de klassieke slaapplaats aan de Drijfstraat in de kuststrook. Er kwam later nog een groep aangevlogen van een 260 wulpen. Samen op deze plaats dus 1210 wulpen.

Aan een andere plas omgeving Bommelstraat (plevierweide) zat er nog een groep van 87 ex. Het was al laat en zij vermoedden dat deze groep ter plaatse bleef.

Wat hen ook opviel was, net als in de Achterhaven van Zeebrugge het geval was, dat de wulpen al vroeg ter plaatse waren en er geen groepen vanuit andere gebieden op het laatste moment invielen, zoals andere jaren wel gebeurde.

Eindbalans voor de Uitkerkse Polder: 1297 wulpen.

 

Damme en omgeving

Moniek Knuysen, Emmanuel Crul en Rudy Deplae waren ook op het wulpse pad die avond in januari. De slaapplaats voor de kijkhut van de Stadswallen van Damme leverde Rudy 183 wulpen op.

Emmanuel Crul vond in Mikhem een nieuwe slaapplaats ter hoogte van een ondergelopen weiland: 141 wulpen. Verder werden er op Romboutswerve  nog 50 gezien, die achteraf zijn weggevlogen.

In het totaal dus 324 wulpen op de slaapplaatsen en 50 op een voorverzamelplaats die naar een onbekende bestemming was vertrokken.

 

Kleiputten Oostkerke

De slaapplaats in de kleiputten te Oostkerke (vlakbij Hoekestraat), geteld door Robrecht Pillen, was goed voor 510 wulpen.

 

Lage Moeren Meetkerke

Langs de Oosternieuwweg is er sommige jaren een kleine slaapplaats, maar Mieke Rodts kon deze keer slechts melden dat er de avond van de telling geen wulpen te zien waren.

 

Bourgogne Meersen Eernegem-Westkerke

Koen Maertens, L. Dewulf en Dirk Anseeuw telden naar goede gewoonte de Bourgognemeersen, gebied tussen Eernegem, Westkerke en Gistel, deels reservaat van Natuurpunt, en gewoonlijk één van de belangrijke slaapplaatsen in de streek. Zo’n 503 wulpen konden ze er vaststellen.

 

Pompje Oudenburg

Dirk Vanhoecke van Vogelwerkgroep Middenkust meldde dat er 319 wulpen sliepen in het centrale deel van ‘t Pompje, Oudenburg. Ze kwamen pas tegen het donker aan. Ook vorig jaar waren ze laat, wat voor dit gebied, maar mogelijk ook voor andere, een aanwijzing is om niet te vroeg te vertrekken tijdens de telling.

 

Sluiskreek/Zoutekreek Zandvoorde

Nog een gebiedje van de Vogelwerkgroep Middenkust dat mee opgenomen wordt in dit jaarlijks overzicht: Serge Allein telde daar 174 wulpen.

 

Conclusie

We telden in het totaal 3646 wulpen op 10 slaapplaatsen in de wijde regio (Oostkust t.e.m. omgeving Zoutekreek, met dank aan Vogelwerkgroep Middenkust voor enkele cijfers). Na het dieptepunt (wat heet?) van 3050 vorige telling, zit het totaal van deze winter mooi in de buurt van het gemiddelde.  De stijging met een goede 550 t.o.v. vorig jaar komt eigenlijk op conto van de Uitkerkse polder.

 

In volgorde van belangrijkheid zijn de slaapplaatsen dit jaar: 1297 ex. Uitkerkse Polder, 510 ex. voor de kleiputten van Oostkerke, 503 ex. voor de Bourgognemeersen in Eernegem-Westkerke, verantwoordelijk voor goed 60% van het totaal. Daarnaast een reeks minder belangrijke gebieden die samen goed zijn voor de resterende 40%, 324 ex. voor Damme (Stadswallen en Mikhem samen), het Pompje Oudenburg (319), de Achterhaven van Zeebrugge (300),  de Sluiskreek/Zoutekreek bij Zandvoorde (174), het Zwin (minstens 147) en de Voorhaven van Zeebrugge (72). Veel van deze ‘kleinere’ gebieden hebben een erg wisselend belang. Ook valt niet uit te sluiten dat er in rustige drassige terreinen kleine groepjes over het hoofd werden gezien.

 

Ter vergelijking nog eens de aantallen van de vorige jaren: 3528 ex op 31/01/2009, 3184 ex op 30/01/2010, 6205 op 29/01/2011, 3975 op 28/01/2012, 4794 op 25/01/2014, 3050 op 24/01/2015. (Opmerking: in 2013 waren de weersomstandigheden anders: in het pas de dag van de telling voorzichtig dooiend witte sneeuw- en vorstlandschap van toen, kende de wulpenaanwezigheid (en de telprecisie?) een absoluut dieptepunt van een geschatte 1100 ex.)

Al bij al toont de huidige wintertelling dus een normaal aantal.

 

Een oprecht woord van dank aan alle tellers: Dirk Anseeuw, Koen Maertens, L. Dewulf, Marc De Ceuninck, Jan Swimberghe, Johan Steuperaert, Johan Van Heulebrouck, Guido Rappé, Mieke Rodts, Patrick Janssens, Geert Declercq, Rik Coolman, Moniek Knuysen, Emmanuel Crul, Robrecht Pillen, Rudy Deplae, Dirk Vanhoecke, Serge Allein.

 

Ten slotte nog eens een overzichtstabel van de deelgebieden, met tussen haakjes de cijfers van vorig jaar.

 

Uitkerke (743) 1297
Kleiput Oostkerke (362) 510
Meersen Bourgogne Eernegem (672) 503
Pompje Oudenburg (287) 319
Achterhaven (309) 300
Stadswallen Damme (247) 183
Sluiskreek (152) 174
Zwin (251) 147
Mikhem Damme 141
Voorhaven (0) 72
Lage Moeren (27) 0
Romboutswerve (?) (50?)
Totaal (2015: 3050) 3646

 

Foto : Marnix Vyncke